Tien jaar oud was ik toen Yara bij ons kwam wonen. Ons huis was heel stil geworden na het overlijden van lieve Donna, de beste boxer die je kon hebben met kleine kinderen in huis. We keken dus al snel naar een nieuwe boxer, via de nederlandse boxerclub. Zo belden we met een fokster ver weg in twente. Het enige overgebleven pupje uit het nest konden we komen bekijken, net 3 weken oud. Ze wilden haar eigenlijk zelf houden, maar ze hadden eigenlijk al te veel honden. We hadden geluk, Yara werd van ons. De meest actieve en ondernemende boxer die je je maar kon voorstellen, maar daar wisten we eigenlijk niet veel van na lieve Donna, die nooit een stap verkeerd zette.
Yara kon een draak zijn, die recht voor je ging staan en begon met blaffen. Ook verloor ze ons nooit uit het oog en had ze een commando binnen een paar keer wel gehoord en begrepen. Ontzettend slim was ze, ook toen ze ontdekte dat ze kon springen. Ik bouwde hele ‘agility’parcousen voor haar in de tuin, met emmers en bezemstelen. En luisteren deed ze. Ze kon uit stilstand over ruim een meter springen, de hoogte van ons hek. Bij een buurthond aan de andere kant van het hek sprong ze eroverheen om hallo te zeggen en deed dan gelijk haar ronde door de wijk om koekjes te halen bij mensen uit de buurt. Iets wat nu de wijk wat ouder is niet meer denkbaar is. Als je dan de auto opendeed sprong ze er ineens in, want ze wilde mee. Als er maar actie was. Nu ik Donner heb snap ik dat, hoe zij was, maar toen wisten we dat niet, dat ze eigenlijk gewoon actie zocht.
Uren lopen deden we, door bossen en bergen en langs het water. Ze ging mee naar alle landen in Europa en zette eigenlijk geen stap verkeerd daar. Ze klom als de beste de berg op en bracht mij veilig naar boven. Haar hobby was heel hard heen en weer rennen over het veld. Ze werd daar alleen zo benauwd van en misselijk. Dus stopten we dat en accepteerden dat het niet kon.

Mijn hele middelbare schooltijd van 6 jaar en continu gepest worden heb ik gevolgd met thuis die fantastische hond, mijn maatje, mijn boxerliefde. Hoe rot ik me ook voelde, ik fietste naar het strand en we ging uitwaaien en alles leek weer goed. We lagen in het hoge gras te dromen en deelden een appeltje. Toen ik eindexamens deed had ik alleen ’s middags examens. Ik had er net 3 gehad en die ochtend lagen we nog in het gras samen met een boek. Mijn vader kwam thuis en ze rende naar hem toe om hem te begroeten en viel neer. Ik begon met roepen maar kon haar niet meer bereiken en schreeuwde dat het foute boel was. We hebben haar binnen gelegd maar ze was al weg. Hartaanval, 6 jaar oud.
Ondanks dat dit 6 jaar geleden is denk ik nog vaak aan mijn hartendief.
