

De kangal wordt zoveel door het Turkse volk gewaardeerd dat de Turkse regering besloten heeft de kangal tot nationaal erfgoed te verklaren. De kangal heeft een beschermde status in Turkije. Het Turkse volk is van oudsher een nomadenvolk. Turken trokken met hun spullen rond in de graslanden van Centraal Azie. Ze vestigden zich tijdelijk op bepaalde plaatsen. De schapen en koeien graasden rond in het gebied. De kangal, CAO, Akbas ed speelden een belangrijke rol bij de bescherming van het vee. Rond 1070 besloten een aantal Turkse stammen richting Anatolie (het huidige Turkije) te trekken. Ze namen o.a. de kangal en akbas mee. Er bleven ook Turkse stammen achter in Centraal Azie. De CAO en andere kuddewakers waren de metgezellen van deze Turkse stammen.
"It is commonly assumed in Turkey that the Kangal dog accompanied Oghuz Turks as working dogs on their long journey from Central Asia to Anatolia. The existence of what might be considered Kangal-type mastiff shepherd dogs in Khorasan, Samarkand and most of Turkmenistan lends credence to this claim. Nomadic Turkic tribes might have used these dogs to bring their livestock with them as they migrated from the steppes and further into Eurasia."
Van de verschillende kuddewakers in Turkije is de kangal toch wel het meest geliefd. Kangals hebben een betrouwbaarder karakter dan de andere kuddewakers en voeren hun taken als kuddewakers het beste uit. Turken zien graag overeenkomsten tussen hunzelf en de kangal. De Turken beschouwen zowel zichzelf als de kangal als moedig, heldhaftig en loyaal.




