Klikker op een andere manier toepassen.
Geplaatst: 29 jan 2004 11:26
Klikker op een andere manier toepassen.
Vanaf het begin is er vanuit de africhting sceptisch gekeken naar de klikker om deze in de training te gebruiken. Dit vooral doordat het werd/wordt gezien als iets om hondjes circus kunstjes aan te leren. Het softe gedoe was vooral iets voor geiten wollen sokken figuren.
De laatste jaren zie je dat ook vanuit de africhting de klikker als trainingshulpmiddel gebruikt wordt. Er word dus niet volgens de zogenaamde klikkermethode getraind, hiermee wordt bedoeld dat de click het gedrag markeert en tevens einde oefening is . In deze situatie wordt een op een beloond meestal met voer. Echter dit is vooral in de training lastig als je meteen weer verder wilt met gedrag, bv, volgen.
Hoe bouw je dit op?
Eerst moet je zorg dat de hond weet wat de klikker betekent, dus door middel van positieve associatie( klassieke conditionering leert de hond het geluid van de klikker. De klik wordt dus een secundaire versterker. Later in de training kun je click gebruiken als een beloning, als de hond het compleet gewenst gedrag heeft voltooid wordt hij beloond met een primaire versterker, meestal iets waarbij hij zijn prooidrift kan bevredigen, bijvoorbeeld de mouw van de pakwerker of achter een balletje aan. Voorbeeld, ik gebruik de klikker bij het volgen. Ik zal, als ik eenmaal zeker ben dat het geluid van de klikker een positieve respons geeft, klikken als de hond in de goede positie is. Ik zal nog vaker klikken als de hond goed blijft volgen en daarna zal ik hem belonen. Het voordeel hiervan is dat klikt nog steeds aangeeft wat het gewenste gedrag is, door het gedrag een klein beetje te versterken,echter het is niet het einde van de gedrag omdat hij achter de bal aanrent. Deze methode is dus effectiever en werkt sneller omdat je door kunt gaan met het gedrag. Je behoeft niet bang te zijn als je niet een op een klikt en beloont dat de klikker niet meer gekend is. Onderzoeken hebben aangeven dat pas tussen 30 en 60 klikken en niet belonen dit optreed. Dus wel regelmatig zorgen dat de klikker gekend blijft, bijvoorbeeld door aan het begin van de training klikken beloon.
Is het nu zo dat je de correctie/ beloningsmethode niet meer gebruikt in de africhting. Nee echter als gedrag gekend is wordt door een stukje plicht ervoor gezorgd dat het gedrag ook onder moeilijke omstandigheden met afleiding wordt vertoond. Dit is een stukje bedrijfszekerheid.
De opbouw ziet er als volgt uit: ( bron methode boek jong geleerd oud gedaan van Dick Straal)
Voor het aanleren van een gedrag bij een hond onderscheiden we drie fasen:
1. Aanleerfase
2. Uitbouwfase
3. Plichtfase
Ad.1 Aanleerfase
In deze fase leert de hond een commando aan . Het principe is dat we ervoor zorgen dat de hond een bepaalde handeling uitvoert en dat op het moment van uitvoering direct het betreffende commando en een beloning wordt gegeven. Door herhaling leert snel de betekenis van een commando.
Bij het aanleren is het dus van belang direct te belonen. Op het moment waar het om gaat. Vaak is men geneigd al meteen in de aanleerfase even met een beloning te wachten, maar dan wordt het effect gemist, het punt waarop de hond juist snel leert. Belonen op het moment dat de hond het gewenste gedrag uitvoert, is van het grootste belang.
Pas als de hond de betekenis van een commando goed kent, kan de oefening moeilijker worden gemaakt en is de aanleerfase voorbij. Er moet dan niet te lang worden gewacht met de oefening uitbouwen, omdat juist het snelle doorschakelen erg belangrijk is bij het leren.
Ad.2 Uitbouwfase
In deze fase wordt de moeilijkheidsgraad uitgebreid door langzamerhand steeds meer van de hond te eisen; het dier wordt geleerd dat een commando wordt opgeheven door ‘vrij’ of een ander commando.
Nadat een commando is gegeven en de hond de opdracht heeft uitgevoerd, wordt in eerste instantie alleen beloond met, ‘goed zo braaf’. Er wordt dus eventjes gewacht met het geven van een beloning. Dit wordt uitgebouwd van een seconde naar een steeds langere periode. In het begin zal de hond bij het uitvoeren van het commando direct zijn beloning verwachten en het betreffende gedrag staken. De geleider moet dan regeren met een rustig uitgesproken ’nee’ gevolgd door het herhalen van het commando om aan te geven wat de bedoeling is. Het gaat nu dus om te belonen op een moment dat hond oefening net iets langer uitvoert. Als dit gebeurd wordt het commando’vrij’ gegeven en krijgt de hond direct een beloning. Hierdoor leert de hond dat met dit commando een oefening wordt opgeheven.
In dit stadium is alles nog vrijblijvend. In dien de hond het commando niet( meer) uitvoert levert hem dat geen beloning op. Er worden geen correcties gegeven. Hooguit een’nee’of een licht sturing met een lijntje of de handen.
In de uitbouwfase wordt alleen geoefend als de hond niet wordt afgeleid en als de geleider er van uit kan gaan dat de hond gemotiveerd is om zijn beloning te ontvangen. In dit stadium worden nog geen problemen opgezocht. De geleider moet als het ware voorkomen dat de hond niet wil luisteren. Zijn er omstandigheden die de hond teveel afleiden, dan moet er niet geoefend worden.
In deze fase en de daarop volgende plichtfase komt een van de belangrijkste aspecten bij het trainen van de honden aan de orde, het schakelen tussen beloning en correctie. Door op het juiste moment te schakelen tussen een ‘goedzo’ bij het uitvoeren van het gewenst gedrag wordt het voor het dier zeer snel duidelijk wat de bedoeling is. Ook wordt begonnen met eerst de naam van de hond te noemen voor dat een commando wordt gegeven. Zodoende krijgt men al snel de volledige aandacht van de hond
Als we voor elkaar hebben dat een hond bepaald gedrag graag wil uitvoeren, dan ontslaat niet alleen de mogelijkheid een oefening in korte tijd tot een zeer hoog niveau te ontwikkelen, maar ook de mogelijkheid om bepaalde driften te stimuleren. Wil de hond een vw apporteren in ruil voor een brokje, dan kunnen we het weggooien of verstoppen steeds moeilijker en ingewikkelder maken. Hierdoor ontwikkelt de hond zijn zoekgedrag en buitdrift.
Ad.3 Plichtfase
De plichtfase is een belangrijke periode om duidelijk te maken dat wat de hond heeft geleerd niet vrijblijvend is. Het is noodzakelijk hem te leren dat een commando niet alleen moet worden uitgevoerd omdat het dier het wil, maar ook omdat het moet van de geleider.
Deze fase levert geen schade op omdat de hond weet wat er van hem wordt verwacht. Deo oefening is in de uitbouwfase al talloze malen uitgevoerd en het dier weet wat er van dus precies wat de bedoeling is. Als we iets gaan afdwingen moet dit op een weloverwogen moment gebeuren. We moeten goed in staat zijn te schakelen.
De plichtfase is niet een enkel moment, maar een periode waarin de hond onder steeds zwaardere omstandigheden duidelijk moet worden gemaakt dat hij altijd naar zijn geleider moet luisteren.
Er moet op de volgende manier worden gehandeld. Zorg dat er omstandigheden zijn waardoor de hond het betreffende commando waarschijnlijk niet zal opvolgen en geeft het dan. De hond zal vermoedelijk niet luisteren, terwijl hij wel de betekenis ervan wel goed kent. Op dat moment moeten er eerlijke, eventueel steeds zwaarder worden correcties worden gegeven (beginnend met ‘nee’gevolgd door een herhaling van het commando) totdat de hond toch het betreffende commando uitvoert. Als dat gebeurd dan wordt de hond flink beloond.
Het principe van plichtfase is dus om ervoor te zorgen dat de hond een bepaald commando, waarvan hij de betekenis goed kent niet zal willen opvlogen, waarna de hond verplicht wordt de oefening toch uit te voeren. In deze fase zoeken we in het redelijke problemen op en creëren we een situatie waarin een bepaald commando niet zal worden opgevolgd om vervolgens maatregelen te kunnen nemen. Luistert de hond in de tuin naar verschillende commando’s, dan dient locatie met meer afleiding te worden gezocht.
In de aanleer – en uitbouwfase wordt meestal gebruik gemaakt van Positieve Bekrachters. In de plichtfase wordt gebruik gemaakt van Negatieve Bekrachters(correctie/beloningsmethode)
Plicht: het gaat om een positieve methode waarbij duidelijk wordt gemaakt dat het geleerde niet vrijblijvend is om is om een betrouwbaar luisterende hond te krijgen.
Dit is iets wat van jongsaf geleerd moet worden, zo na het wisselen. Dan kun je beginnen met laten wennen aan dingen “opgelegd krijgenâ€
Vanaf het begin is er vanuit de africhting sceptisch gekeken naar de klikker om deze in de training te gebruiken. Dit vooral doordat het werd/wordt gezien als iets om hondjes circus kunstjes aan te leren. Het softe gedoe was vooral iets voor geiten wollen sokken figuren.
De laatste jaren zie je dat ook vanuit de africhting de klikker als trainingshulpmiddel gebruikt wordt. Er word dus niet volgens de zogenaamde klikkermethode getraind, hiermee wordt bedoeld dat de click het gedrag markeert en tevens einde oefening is . In deze situatie wordt een op een beloond meestal met voer. Echter dit is vooral in de training lastig als je meteen weer verder wilt met gedrag, bv, volgen.
Hoe bouw je dit op?
Eerst moet je zorg dat de hond weet wat de klikker betekent, dus door middel van positieve associatie( klassieke conditionering leert de hond het geluid van de klikker. De klik wordt dus een secundaire versterker. Later in de training kun je click gebruiken als een beloning, als de hond het compleet gewenst gedrag heeft voltooid wordt hij beloond met een primaire versterker, meestal iets waarbij hij zijn prooidrift kan bevredigen, bijvoorbeeld de mouw van de pakwerker of achter een balletje aan. Voorbeeld, ik gebruik de klikker bij het volgen. Ik zal, als ik eenmaal zeker ben dat het geluid van de klikker een positieve respons geeft, klikken als de hond in de goede positie is. Ik zal nog vaker klikken als de hond goed blijft volgen en daarna zal ik hem belonen. Het voordeel hiervan is dat klikt nog steeds aangeeft wat het gewenste gedrag is, door het gedrag een klein beetje te versterken,echter het is niet het einde van de gedrag omdat hij achter de bal aanrent. Deze methode is dus effectiever en werkt sneller omdat je door kunt gaan met het gedrag. Je behoeft niet bang te zijn als je niet een op een klikt en beloont dat de klikker niet meer gekend is. Onderzoeken hebben aangeven dat pas tussen 30 en 60 klikken en niet belonen dit optreed. Dus wel regelmatig zorgen dat de klikker gekend blijft, bijvoorbeeld door aan het begin van de training klikken beloon.
Is het nu zo dat je de correctie/ beloningsmethode niet meer gebruikt in de africhting. Nee echter als gedrag gekend is wordt door een stukje plicht ervoor gezorgd dat het gedrag ook onder moeilijke omstandigheden met afleiding wordt vertoond. Dit is een stukje bedrijfszekerheid.
De opbouw ziet er als volgt uit: ( bron methode boek jong geleerd oud gedaan van Dick Straal)
Voor het aanleren van een gedrag bij een hond onderscheiden we drie fasen:
1. Aanleerfase
2. Uitbouwfase
3. Plichtfase
Ad.1 Aanleerfase
In deze fase leert de hond een commando aan . Het principe is dat we ervoor zorgen dat de hond een bepaalde handeling uitvoert en dat op het moment van uitvoering direct het betreffende commando en een beloning wordt gegeven. Door herhaling leert snel de betekenis van een commando.
Bij het aanleren is het dus van belang direct te belonen. Op het moment waar het om gaat. Vaak is men geneigd al meteen in de aanleerfase even met een beloning te wachten, maar dan wordt het effect gemist, het punt waarop de hond juist snel leert. Belonen op het moment dat de hond het gewenste gedrag uitvoert, is van het grootste belang.
Pas als de hond de betekenis van een commando goed kent, kan de oefening moeilijker worden gemaakt en is de aanleerfase voorbij. Er moet dan niet te lang worden gewacht met de oefening uitbouwen, omdat juist het snelle doorschakelen erg belangrijk is bij het leren.
Ad.2 Uitbouwfase
In deze fase wordt de moeilijkheidsgraad uitgebreid door langzamerhand steeds meer van de hond te eisen; het dier wordt geleerd dat een commando wordt opgeheven door ‘vrij’ of een ander commando.
Nadat een commando is gegeven en de hond de opdracht heeft uitgevoerd, wordt in eerste instantie alleen beloond met, ‘goed zo braaf’. Er wordt dus eventjes gewacht met het geven van een beloning. Dit wordt uitgebouwd van een seconde naar een steeds langere periode. In het begin zal de hond bij het uitvoeren van het commando direct zijn beloning verwachten en het betreffende gedrag staken. De geleider moet dan regeren met een rustig uitgesproken ’nee’ gevolgd door het herhalen van het commando om aan te geven wat de bedoeling is. Het gaat nu dus om te belonen op een moment dat hond oefening net iets langer uitvoert. Als dit gebeurd wordt het commando’vrij’ gegeven en krijgt de hond direct een beloning. Hierdoor leert de hond dat met dit commando een oefening wordt opgeheven.
In dit stadium is alles nog vrijblijvend. In dien de hond het commando niet( meer) uitvoert levert hem dat geen beloning op. Er worden geen correcties gegeven. Hooguit een’nee’of een licht sturing met een lijntje of de handen.
In de uitbouwfase wordt alleen geoefend als de hond niet wordt afgeleid en als de geleider er van uit kan gaan dat de hond gemotiveerd is om zijn beloning te ontvangen. In dit stadium worden nog geen problemen opgezocht. De geleider moet als het ware voorkomen dat de hond niet wil luisteren. Zijn er omstandigheden die de hond teveel afleiden, dan moet er niet geoefend worden.
In deze fase en de daarop volgende plichtfase komt een van de belangrijkste aspecten bij het trainen van de honden aan de orde, het schakelen tussen beloning en correctie. Door op het juiste moment te schakelen tussen een ‘goedzo’ bij het uitvoeren van het gewenst gedrag wordt het voor het dier zeer snel duidelijk wat de bedoeling is. Ook wordt begonnen met eerst de naam van de hond te noemen voor dat een commando wordt gegeven. Zodoende krijgt men al snel de volledige aandacht van de hond
Als we voor elkaar hebben dat een hond bepaald gedrag graag wil uitvoeren, dan ontslaat niet alleen de mogelijkheid een oefening in korte tijd tot een zeer hoog niveau te ontwikkelen, maar ook de mogelijkheid om bepaalde driften te stimuleren. Wil de hond een vw apporteren in ruil voor een brokje, dan kunnen we het weggooien of verstoppen steeds moeilijker en ingewikkelder maken. Hierdoor ontwikkelt de hond zijn zoekgedrag en buitdrift.
Ad.3 Plichtfase
De plichtfase is een belangrijke periode om duidelijk te maken dat wat de hond heeft geleerd niet vrijblijvend is. Het is noodzakelijk hem te leren dat een commando niet alleen moet worden uitgevoerd omdat het dier het wil, maar ook omdat het moet van de geleider.
Deze fase levert geen schade op omdat de hond weet wat er van hem wordt verwacht. Deo oefening is in de uitbouwfase al talloze malen uitgevoerd en het dier weet wat er van dus precies wat de bedoeling is. Als we iets gaan afdwingen moet dit op een weloverwogen moment gebeuren. We moeten goed in staat zijn te schakelen.
De plichtfase is niet een enkel moment, maar een periode waarin de hond onder steeds zwaardere omstandigheden duidelijk moet worden gemaakt dat hij altijd naar zijn geleider moet luisteren.
Er moet op de volgende manier worden gehandeld. Zorg dat er omstandigheden zijn waardoor de hond het betreffende commando waarschijnlijk niet zal opvolgen en geeft het dan. De hond zal vermoedelijk niet luisteren, terwijl hij wel de betekenis ervan wel goed kent. Op dat moment moeten er eerlijke, eventueel steeds zwaarder worden correcties worden gegeven (beginnend met ‘nee’gevolgd door een herhaling van het commando) totdat de hond toch het betreffende commando uitvoert. Als dat gebeurd dan wordt de hond flink beloond.
Het principe van plichtfase is dus om ervoor te zorgen dat de hond een bepaald commando, waarvan hij de betekenis goed kent niet zal willen opvlogen, waarna de hond verplicht wordt de oefening toch uit te voeren. In deze fase zoeken we in het redelijke problemen op en creëren we een situatie waarin een bepaald commando niet zal worden opgevolgd om vervolgens maatregelen te kunnen nemen. Luistert de hond in de tuin naar verschillende commando’s, dan dient locatie met meer afleiding te worden gezocht.
In de aanleer – en uitbouwfase wordt meestal gebruik gemaakt van Positieve Bekrachters. In de plichtfase wordt gebruik gemaakt van Negatieve Bekrachters(correctie/beloningsmethode)
Plicht: het gaat om een positieve methode waarbij duidelijk wordt gemaakt dat het geleerde niet vrijblijvend is om is om een betrouwbaar luisterende hond te krijgen.
Dit is iets wat van jongsaf geleerd moet worden, zo na het wisselen. Dan kun je beginnen met laten wennen aan dingen “opgelegd krijgenâ€