
Vandaag was het tijd om afscheid te nemen van onze lieve Kyra. Ruim tien jaar geleden wandelde ze op haar eigen onverstoorbare wijze mijn leven en mijn hart binnen en nam op zachte maar vastberaden wijze de leiding van de roedel op zich.
Met een blik of een opgetrokken wenkbrauw wist ze alle honden duidelijk te maken wat wel en wat niet door de beugel kon. Gelijk Mozes de Rode Zee scheidde, weken alle honden altijd eerbiedig opzij als zij een hondenveldje opkuierde. Een eerbewijs die ze als vanzelfsprekend aanvaardde. Het was zelden nodig om meer dan een waarschuwende lip op te trekken, ze dwong respect af door alleen maar afkeurend te kijken.
Ze vond het geweldig om mee te doen aan een aaihondenproject, hetzelfde toegeeflijke geduld tonend met demente bejaarden of gehandicapte kinderen als met ondeugende pupjes of brutale puberhonden. Toen mijn man in het jaar voor zijn dood zware epileptische aanvallen kreeg, voelde ze de aanvallen aankomen en door tegen hem aan te duwen zorgde ze ervoor dat hij op tijd kon gaan zitten, zichzelf aldus tot hulphond promoverend.
Ze troostte Nick in die eerste vreselijke maanden na de dood van zijn vader door stiekem ’s avonds naar boven te sluipen en tegen hem aan te kruipen. Zo vond ik ze vaak, op de grond met z’n tweetjes: armen en poten om elkaar heen geslagen in diepe slaap verzonken, twee hoofdjes tegen elkaar aan op één hoofdkussen.
De laatste twee jaar werd ze ouder, grijzer. Bewoog zich steeds moeilijker. Wist niet altijd meer waar ze was. Of waar ze woonde. Of met wie ze nou moest meelopen. Maar ze bleef onveranderlijk vrolijk en lief, ondanks de toenemende pijn die ze stoïcijns verdroeg. De pijnstillers werkten helaas steeds minder goed tot ze uiteindelijk niet meer hielpen.
Maar o, wat was het moeilijk om die beslissing te nemen afscheid te nemen van mijn eigen enige echte levende Bart-Smit-hondje. Maar de tijd om haar nog op een waardige manier te laten gaan was gekomen toen ze pardoes omviel bij het poepen en ik haar moest oprapen omdat ze niet meer overeind kon komen. Hoe verdrietig ook, ik kon haar niet verder laten aftakelen en haar haar waardigheid laten verliezen.
Heel vredig is ze vanochtend met een laatste likje op mijn neus in mijn armen gegaan.
Wat zullen we haar missen, onze lieve wijze grijze grande dame….
Zoals ik haar altijd zal blijven herinneren:
