Keuring Roos

[cloris]

Roos, bastaard, teef.
Gestrekte kortharige, gestroomde teef van atletisch type, met een zeer duidelijk vrouwelijke uitstraling.
Attent hoofdje met grote staande oren en een fraai donker oog.
Het front laat duidelijke windhondinvloeden zien: het ligt vrij ver naar voren en de beenderen zijn lang. Het front is redelijk breed maar toont weinig voorborst.
De hoeking voor is open.
De rugbelijning mocht strakker. De borstdiepte is ruim voldoende, de ribbenkorf toont iets kort.
In de achterhand lijkt het bekken vrij sterk hellend geplaatst te zijn en ook hier vallen de vrij lange beenderen op. De staartaanzet is wat laag.
In draf lijkt de hond zich in te houden hoewel de paslengte wel sluitend is. In bouw is deze teef dan ook een echte galoppeur.

[Maylala]

Wat ontzettend leuk Marjoleine, dank je wel! Gaaf om Roos vanuit keurmeesters standpunt beschreven te zien.
Vraagje over het vakjargon, wat bedoel je met een hellend bekken?

Over het galopperen heb je overigens helemaal gelijk, ze slaat draf (en stap) het liefst over om vanuit stilstand in volle galop weg te sprinten.

[Maylala]

Nog 1 vraagje over het vakjargon, je schrijft; "Het front is redelijk breed maar toont weinig voorborst.
De hoeking voor is open."
Breed front met weinig voorborst snap en zie ik, maar een open hoeking? Wat betekent dat?

[Marjoleine]

Nog 1 vraagje over het vakjargon, je schrijft; "Het front is redelijk breed maar toont weinig voorborst.
De hoeking voor is open."
Breed front met weinig voorborst snap en zie ik, maar een open hoeking? Wat betekent dat?

Open hoeking is een wat te ruime hoek in het front. Daardoor heeft een hond dan meestal (afhankelijk van de ligging van het schouderblad) een wat mindere paslengte naar voren en een wat ruimere naar achteren.
Deze bouw zie je vaak bij galoppeurs, Roos zal ongetwijfeld makkelijker in galop lopen dan in draf, domweg doordat ze in draf door haar bouw moet inhouden om niet in de knoop te komen met haar poten.